10 redenen waarom de KB publicaties van SlideShare naar Zenodo verhuisde

...en ze ook op Wikimedia Commons plaatst.

In dit artikel verwelkomen we Olaf Janssen, de Wikimedia-coördinator van de KB, de nationale bibliotheek van Nederland. Na een zoektocht naar het juiste publicatieplatform kwam hij uit bij het open source platform Zenodo. In dit artikel legt hij uit waarom hij alle Wikimedia-gerelateerde KB-publicaties (waaronder presentaties, artikelen, rapporten, workshopmaterialen, handleidingen en video’s) van de afgelopen 13 jaar van SlideShare naar Zenodo verhuisde en geeft hij een uitgebreid overzicht van de voor- en nadelen van het platform.

Dit artikel is een Nederlandse vertaling van ‘10 reasons why the National Library of the Netherlands moved its Wikimedia-related publications from SlideShare to Zenodo, and keeps them on Wikimedia Commons‘, gepubliceerd op Diff op 30 augustus 2024.

Wikimedia Commons

Als Wikimedia-coördinatorvan de KB, de nationale bibliotheek van Nederland, is kennis delen en vastleggen een onlosmakelijk en belangrijk onderdeel van mijn werk. Dit doe ik niet alleen live tijdens evenementen, maar vanuit het oogpunt van duurzame kennisontsluiting, ook nadat de evenementen zijn afgelopen.   

Daarom zorg ik ervoor dat alle Wikimedia-gerelateerde presentaties, artikelen, rapporten, workshopmaterialen, handleidingen, video’s en andere publicaties beschikbaar zijn in het Presentaties & Publicaties archief van de KB op Wikimedia Commons, zowel in het Nederlands als in het Engels. Dit doe ik al consequent sinds 2011. Hierdoor wordt al dit KB-materiaal:

  • Gemakkelijk vindbaar via zoekmachines;
  • Beschikbaar voor hergebruik binnen de 700+ Wikimedia-projecten en -gemeenschappen;
  • Vrij herbruikbaar voor de hele wereld, omdat open Creative Commons-licenties verplicht zijn;
  • Bruikbaar als linked open data, omdat meertalige gestructureerde data aan veel van deze bestanden is toegevoegd;
  • Duurzaam opgeslagen; dit jaar viert Wikimedia Commons zijn 20-jarig jubileum, en de toekomstige financiering en ondersteuning zien er goed uit.
Screenshot van het Presentaties & Publicaties archief van de KB op Wikimedia
Commons d.d. 12 november 2024.

SlideShare en nieuwe behoeften

Naast Wikimedia Commons gebruikte ik ook SlideShare om mijn werk met de wereld te delen. Toen ik hier 14 jaar geleden mee begon, waren mijn publicatiebehoeften relatief eenvoudig en ‘naïef’, omdat zichtbaarheid en vindbaarheid toen mijn hoofddoelen waren. Destijds voldeed SlideShare prima aan deze behoeften, omdat content goed geïndexeerd wordt door zoekmachines, het een visueel georiënteerde gebruikerservaring biedt, en geïntegreerd kan worden in LinkedIn- en Twitter-berichten.

Op dat moment had ik nog geen behoefte aan (of besef van) geavanceerdere publicatiefuncties, zoals:

  • Het delen van een breder spectrum aan bestandsformaten, naast het typische “presentatiegerichte” PDF of JPG. Denk daarbij aan “datageoriënteerde” formaten zoals JSON, TSV, Markdown, Jupyter-notebooks of gezipte OpenRefine-projectbestanden.
  • Het publiceren van bij elkaar horende workshopmaterialen onder één unieke persistente identifier. Met andere woorden: het beschikbaar stellen van alle dia’s, notities, handleidingen, CSV-databestanden, Jupyter-notebooks of OpenRefine-bestanden die gebruikt worden voor een typische (data)workshop als één gecombineerd pakket via één enkele URL.
  • Het delen van grote bestanden, zoals video-opnamen van live-presentaties van honderden MB’s, of volledige datasets met honderden hoge-resolutieafbeeldingen en hun beschrijvende metadata.
  • Het voldoen aan de FAIR principes.
  • Een REST API om softwarematige interactie met de publicaties mogelijk te maken.
  • Een OAI-PMH-dienst voor het uitwisselen van publicaties met andere repositories.

Hoewel Wikimedia en/of SlideShare aan meerdere van deze behoeften konden voldoen, kwam ik er in de loop van de jaren al doende achter dat ze niet meer voldoende waren om aan alle wensen en eisen van mijn steeds uitgebreidere publicatiebehoeften tegemoet te komen. Ik wil immers dat mijn werk op een duurzame manier door zoveel mogelijk mensen, organisaties en machines ontdekt en hergebruikt kan worden, zowel nu als in de toekomst, met een minimaal risico dat URL’s in 404’s veranderen of helemaal niet meer vindbaar zijn.

Bovendien is de KB een wetenschappelijke instelling en maakt ze deel uit van internationale wetenschap- en onderzoeksgemeenschappen. Als medewerker van zo’n organisatie voelde ik daarom ook een noodzaak om mijn publicaties beter aan te laten sluiten bij deze communities. Zowel Wikimedia Commons als SlideShare voldoen helaas niet aan deze behoefte, want geen van beide heeft een sterke gebruikersbasis in de academische wereld.

Tot slot, zonder in te gaan op alle (juridische) details, had ik als Europese gebruiker van SlideShare toch de nodige bedenkingen over het feit dat mijn content werd gehost op servers die onder de jurisdictie van de VS vallen. Dit was nog een goede reden om op zoek te gaan naar een alternatief dat binnen de EU gehost wordt.

Een nieuwe publicatiestrategie, inclusief Zenodo

In de loop der jaren werden bovenstaande behoeften steeds sterker, waardoor ik stapje voor stapje de manier waarop ik mijn content wilde opslaan en delen begon aan te passen. Omdat de KB al jaren deel uitmaakt van de Wikimedia-gemeenschap, was een belangrijke randvoorwaarde om al het Wikimedia-gerelateerde KB-materiaal beschikbaar te houden via Wikimedia Commons. Voor de KB-content die gehost werd op SlideShare moest ik echter een betere plek binnen de EU vinden, bij een dienst die aan zoveel mogelijk van mijn eisen en wensen kon voldoen.

Na een (niet-uitputtende) vergelijking, onder andere met behulp van de Generalist Repository Comparison Chart, viel de keuze uiteindelijk op Zenodo.

Mijn keuze voor Zenodo werd mede beïnvloed door de eerdere keuze van de KB om Zenodo te gebruiken als voorkeursrepository; publicaties van medewerkers werden al sinds 2017 opgeslagen in de KB-gemeenschap op Zenodo.

Geleidelijk ben ik mijn Wikimedia-gerelateerde content van SlideShare naar Zenodo gaan overzetten. Daarbij verbeterde en harmoniseerde ik ook de beschrijving, trefwoorden en overige metadata die bij elk record hoort. Uiteraard heb ik ervoor gezorgd dat al mijn content ook aan de KB-gemeenschap werd toegevoegd. Tegen het einde van de zomervakantie van 2024 was de klus geklaard en zijn al deze presentaties, artikelen, rapporten, handleidingen, video’s en andere publicaties nu toegankelijk via Zenodo.

Screenshot van de KB-gemeenschap op Zenodo d.d. 28 augustus 2024. Deze bevat nu alle
Wikimedia-gerelateerde KB-publicaties die voorheen op SlideShare stonden.

Mijn Top 10 Zenodo functionaliteiten

Laten we nu eens kijken naar de tien beste functionaliteiten van Zenodo waarmee ik mijn persoonlijke publicatiewensen kon invullen, in vergelijking met SlideShare en Wikimedia Commons. Hierbij ga ik niet al het fraais dat Zenodo in huis heeft volledig uit de doeken doen; als je daar nieuwsgierig naar bent, kun je het beste de gedetailleerde documentatie van Zenodo zelf raadplegen: About, Principles, General Policies, Privacy Policy en Infrastructure.

De 10 belangrijkste voordelen van Zenodo zijn voor mij:

1) Delen van een breed scala aan bestandsformaten, naast het typische presentatiegerichte PDF of JPG. Denk daarbij aan datageoriënteerde formaten zoals JSON, TSV, Markdown, Jupyter-notebooks of gezipte bestanden. Zenodo is erg flexibel doordat het de mogelijkheid biedt om bestanden van elke formaat te hosten. Wikimedia Commons ondersteunt een kleinere set formaten en SlideShare staat alleen PowerPoint-, PDF- en Word-bestanden toe.

Voorbeeld: De Workshop OpenRefine en Wikimedia Commons (19-11-2022) bevat bestanden in tar.gz, pdf, xlsx, txt en json-formaten.

Screenshot van de bestanden gebruikt in de Workshop OpenRefine en Wikimedia Commons,
met bestanden in tar.gz-, pdf-, xlsx-, txt- en json-formaat.

2) Publiceren van bij elkaar horende workshopmaterialen onder één unieke en persistente identifier. Bij het organiseren van een typische dataworkshop is het erg handig, zowel voor de deelnemers als voor het nadien archiveren van de workshop, om alle materialen – denk aan dia’s, notities, handleidingen, CSV-databestanden, Jupyter-notebooks, OpenRefine-bestanden etc. – als één gecombineerd pakket op één locatie te publiceren, onder één duurzame URI of DOI. Dit is een grote meerwaarde van Zenodo, want zowel SlideShare als Wikimedia Commons staan slechts één bestand per upload toe.

Voorbeeld: Deze OpenRefine Introduction Workshop(2023) bevat zes bestanden (pdf, xlsx, txt en md) in één enkele upload.

3) Delen van grote bestanden, zoals video-opnamen van live presentaties van honderden MB’s, of datasets met grote aantallen hi-res afbeeldingen en hun beschrijvende metadata. SlideShare heeft een limiet van 300MB en Wikimedia Commons staat standaard 100MB toe (of tot 5GB via chunked upload). Zenodo heeft een standaardlimiet van 50GB per bestand, wat ruim voldoende is voor mijn behoeften.

Voorbeeld: Het hosten van de 397 MB video Wikidata in de praktijk bij de Koninklijke Bibliotheek, masterclass Wikidata (28-05-2021) valt ruim binnen de bestandsgrootte-limieten van Zenodo.

4) Toegang beperken tot bestanden en concepten opslaan zijn functies in Zenodo die het mogelijk maken om in een afgeschermde omgeving aan (concepten van) publicaties te werken, voordat ze openbaar worden gemaakt. Wikimedia Commons biedt deze mogelijkheid niet; elk bestand is daar vanaf het begin meteen openbaar toegankelijk en valt bovendien onder versiebeheer. Dit maakt het ongeschikt voor publicaties die tijdelijk of permanent niet-openbaar kunnen zijn.

Voorbeeld: Tijdens de voorbereidingen van een introductieworkshop over Wikidata voor de Universiteit Maastricht in oktober 2024 had ik in een vroeg stadium al enkele concept-presentaties naar Zenodo geüpload. Toen de voorbereidingen waren afgerond heb ik de bestanden openlijk gedeeld met de deelnemers op Zenodo.

Screenshot van een afgeschermde concept-presentatie tijdens de voorbereidingen van een
Wikidata-workshop. Het hier getoonde afgeschermde bestand is na de
workshop openbaar gemaakt via Zenodo.

5) Ruimere licentieopties dan Wikimedia Commons en SlideShare. Standaard publiceer en deel ik mijn content onder open licenties, zoals CC-BY, CC-BY-SA of zelfs CC0. Dit maakt mijn publicaties zowel geschikt voor Wikimedia Commons als voor SlideShare.

Echter, in sommige gevallen wil ik wat meer controle kunnen hebben over afgeleide of commerciële toepassingen van mijn werk. Hiervoor zijn CC-BY-ND en/of CC-BY-NC licenties geschikte instrumenten. Dergelijke meer restrictieve licenties zijn helaas niet toegestaan op Wikimedia Commons, maar wel op SlideShare.

Zenodo biedt al deze mogelijkheden aan, want het staat niet alleen zeer open (CC0) en minder open (CC-BY-NC/ND) licenties toe, maar ook nog meer dan 600 alternatieve opties, die zowel voor presentatiegerichte als data-georiënteerde publicaties geschikt zijn. Er is dus in de overgrote meerderheid van de gevallen altijd wel een passende licentie te vinden.

De enige uitzondering is de “All rights reserved”-optie, die toegestaan is op SlideShare, maar niet op de open platforms Zenodo en Wikimedia Commons. Je kunt deze beperking van Zenodo en Commons echter ook als een extra stimulans zien om zo veel mogelijk publicaties te maken die geschikt zijn om te delen (onder een CC-BY-ND/NC-clausule) en te hergebruiken indien mogelijk (zonder de ND-clausule).

Lijst van meer dan 600 licentie-opties die door Zenodo worden gebruikt (bron).

6) Voldoen aan de FAIR-principes. Zenodo’s Principles-pagina legt in detail uit hoe de dienst voldoet aan de FAIR-principes: Findable, Accessible, Interoperable en Reusable. Dit maakt Zenodo meer FAIR-compliant dan Wikimedia Commons. Hoewel alle bestanden op Commons hun eigen unieke persistente M-identifiers krijgen (zogenaamde Concept URI’s, zoals https://commons.wikimedia.org/entity/M144836996), spelen deze een minder manifeste en belangrijke rol dan hun DOI-equivalenten in Zenodo. De meertalige vindbaarheid wordt beperkt door de veelal Engelstalige categorienamen die gebruikt worden om bestanden te groeperen.

Positief is dat metadata van elke upload direct na publicatie wordt geïndexeerd en doorzocht kan worden via de zoekmachine van Wikimedia Commons. Daarnaast kunnen alle bestanden en bijbehorende metadata gratis worden opgevraagd via een aantal REST-API’s, zonder dat daarvoor een gebruikersaccount nodig is.

De interoperabiliteit is echter niet optimaal omdat Commons metadata-standaarden hanteert die niet per se goed aansluiten op veelgebruikte ontologieën binnen het cultureel erfgoeddomein en de (geestes)wetenschappen. Ook biedt Commons geen ondersteuning voor standaarden zoals IIIF, hoewel er in het verleden wel pogingen zijn gedaan. Alle bestanden op Commons kunnen worden hergebruikt omdat open (Creative Commons) licenties verplicht zijn.

Tot slot, dankzij het Structured Data on Commons-project is Wikidata nu gekoppeld met Commons. Dit betekent dat alle sterke FAIR-punten van Wikidata nu ook beschikbaar zijn voor Wikimedia Commons.

Wat betreft SlideShare: dit is een omgeving die puur ingericht is op visuele presentatie. Het heeft geen expliciete aandacht voor de FAIR-uitgangspunten. Er worden bijvoorbeeld geen unieke en persistente identifiers voor uploads gebruikt, noch wordt er de mogelijkheid geboden om uitgebreide en expliciete metadata aan bestanden toe te kennen. Publicaties worden niet gelinkt met open, externe vocabulaires en je hebt een account nodig om content en de bijbehorende (beperkte) metadata te kunnen downloaden.

7) Duurzaamheid van bestanden, governance en financiering. Zenodo werd in 2013 gelanceerd als een ‘ingebedde’ dienst van CERN. Dit onderzoekscentrum bestaat al 70 jaar en heeft op dit moment programma’s gepland voor de komende 20+ jaar. Bestanden worden in Zenodo opgeslagen met duurzaamheid als primair uitgangspunt. Extra checks en balances op het gebied van infrastructuur, servers, opslag, beveiliging, governance, financiering en juridische status dragen bij aan de toekomstbestendigheid van de dataopslag.

Dit is minstens gelijkwaardig aan de duurzaamheid van Wikimedia Commons, dat nu al 20 jaar zonder onderbrekingen in de lucht is. Deze mediabank maakt deel uit van de Wikimedia Foundation en wordt gefinancierd en beheerd volgens het beleid van de Wikimedia-beweging. Hierbij staan de kernwaarden van duurzaamheid, transparantie, openheid en betrouwbaarheid voorop. De lange termijn financiering van Wikimedia-projecten wordt veiliggesteld door het Wikimedia Endowment, dat de ambitie heeft om deze projecten voor de eeuwigheid te ondersteunen.

SlideShare daarentegen wordt geëxploiteerd door Scribd, een particulier Amerikaans bedrijf gefinancierd door durfkapitaal. Het spreekt voor zich dat dit niet bepaald ideaal is voor de lange termijn toegankelijkheid van content op SlideShare. Dit was nóg een reden om mijn content van SlideShare naar Zenodo te verhuizen.

8) Bijdragen aan internationaal onderzoek. De KB is een wetenschappelijke organisatie en maakt deel uit van internationale wetenschap- en onderzoeksgemeenschappen. Zenodo stelt mij in staat om publicaties automatisch in wetenschappelijke aggregatoren op te laten nemen, zoals ORCID, DataCite, OpenAIRE, BASE of FID Benelux, waardoor ze beter zichtbaar worden voor onderzoeksdoeleinden, en dat allemaal zonder extra inspanningen van mijn kant.

Zowel Wikimedia Commons als SlideShare zijn niet goed geïntegreerd in academische workflows en hebben vooralsnog geen sterke gebruikersbasis binnen de wetenschappelijke gemeenschap. Door Wikimedia-gerelateerde publicaties via de voor deze doelgroep meer gebruikelijke kanalen toegankelijk te maken, hoop ik meer bewustzijn te creëren over de voordelen die Wikimedia binnen de academische wereld kan bieden.

Screenshot van de publicaties van de auteur zoals beschikbaar in OpenAIRE d.d. 22 augustus
2024. Alle records zijn automatisch geïmporteerd van Zenodo, gebaseerd op de ORCID van de auteur. (Bron afbeelding).

9) Gehost op servers in de EU. Zenodo draait in het Data Centre van CERN, dat fysiek gevestigd is in Frankrijk. Dit betekent dat het valt onder CERN’s juridische status als een intergouvernementele organisatie met immuniteit voor de jurisdicties van de nationale rechtbanken van EU-lidstaten (bron). Dit beschermt Zenodo effectief tegen het offline halen ten gevolge van juridische procedures die door vijandige partijen zouden kunnen worden aangespannen.

Hoewel Wikimedia Commons wordt gehost in datacenters die deels in de EU staan (Amsterdam en Marseille), valt het platform juridisch onder de rechtsbevoegdheid van de VS, omdat de Wikimedia Foundation, de eigenaar van Commons, een non-profitorganisatie onder Amerikaanse wetgeving is.

10) De REST API en OAI-PMH-interface van Zenodo maken machinematige interacties met publicaties mogelijk.In overeenstemming met het Collecties als Data-initiatief stellen deze API’s mij in staat om mijn “Publicaties als Data” beschikbaar te maken. Dit maakt kennisdeling, onderzoek en onderwijs met behulp van computationele technieken mogelijk.

De REST API van Zenodo maakt het mogelijk om metadata over publicaties direct in JSON-formaat op te vragen, wat dan verder verwerkt kan worden via Python en andere programmeertalen. Met slechts enkele regels Python-code kunnen bijvoorbeeld mijn publicaties als Excel-bestand worden opgevraagd.

Via de OAI-PMH-interface van Zenodo kunnen alle publicaties in de KB-gemeenschap worden opgevraagd in diverse metadata-formaten, waaronder de bibliotheekgerichte OAI_DC– of MARC21-schema’s. Dit protocol wordt veel gebruikt door academische aggregatoren om KB-publicaties in hun repositories op te nemen, zoals uitgelegd in punt 8.

Wat Wikimedia Commons betreft: de MediaWiki-software van dit platform biedt een aantal rijke en gratis REST-API’s waarmee op vele manieren softwarematig met mijn publicaties gewerkt kan worden. Dankzij het Structured Data on Commons-project komen mijn publicaties bovendien beschikbaar als Linked Open Data, die kan worden bevraagd via de Wikimedia Commons SPARQL-service. Maar helaas biedt Commons geen OAI-PMH-interface. SlideShare had in het verleden een REST API, maar deze lijkt al enkele jaren inactief te zijn.

Zenodo heeft ook nadelen

Gezien de jubelzang hierboven zou je kunnen denken dat er helemaal geen nadelen verbonden zijn aan het delen van presentaties, artikelen, handleidingen en andere publicaties via Zenodo. Maar natuurlijk zijn die er wel! Vanuit mijn achtergrond met SlideShare en Wikimedia Commons wil ik graag drie nadelen van Zenodo benoemen:

1) Zenodo heeft geen levendige gebruikersgemeenschap. Een van de unieke kenmerken van Wikimedia Commons is de zeer actieve gemeenschap. Hierdoor zijn er allerlei tools, evenementen, bijeenkomsten, een helpdesk, een dorpspomp, discussies, documentatie en vele andere zaken beschikbaar waaraan Wikimedianen gezamenlijk hebben gebouwd om van Commons een zeer waardevolle sociale machine te maken. Zenodo mist zo’n groep externe bijdragers die samen met elkaar en CERN zorg dragen voor de ondersteuning en verdere ontwikkeling van het platform.

Groep Wikimedianen tijdens Wikimania 2024 (bron)

2) Zenodo is niet bekend bij normale webgebruikers, het maakt geen deel uit van het brede, mainstream internet. In vergelijking met SlideShare, dat nog steeds in de top 650 van meest bezochte websites wereldwijd staat, is Zenodo rond positie 39.000 veel meer een niche-platform. Hierdoor is de kans klein dat KB-publicaties spontaan worden ontdekt via zoekmachines of sociale media door reguliere internetgebruikers.

Dit nadeel wordt echter verkleind doordat mijn publicaties ook beschikbaar zijn op Wikimedia Commons. Dit heeft een betere zichtbaarheid voor zoekmachines dan Zenodo, waardoor mijn presentaties ook buiten de wetenschappelijke communicatie- en publicatiekanalen vindbaar zijn.

Bovendien is mijn content meestal niet gericht op het grote publiek, maar meer op professionele, gespecialiseerde doelgroepen, zoals bibliotheek- en erfgoedprofessionals, datageoriënteerde academici (o.a. uit de digitale geesteswetenschappen) en de Wikimedia-gemeenschap. Deze gebruikers zullen waarschijnlijk eerder Zenodo en Wikimedia Commons bezoeken dan SlideShare wanneer ze op zoek zijn naar dit soort specialistisch materiaal.

3) Zenodo biedt geen visueel-georiënteerde gebruikerservaring. Dit laat zich goed illustreren aan de hand van het volgende voorbeeld: vergelijk eens hoe zoekresultaten voor de zoekopdracht “koninklijke bibliotheek” worden weergegeven op SlideShare en op Zenodo. De standaard galerijweergave van SlideShare is visueel aantrekkelijker dan de tekstgerichte weergave van de zoekresultaten op Zenodo.

Voor een publicatie zelf biedt een typische SlideShare-pagina een veel visuelere ervaring dan een gemiddelde Zenodo-recordpagina; deze bevat veel meer tekstuele (metadata) elementen.

Voor de zoekopdracht “koninklijke bibliotheek” bieden de tekstgerichte zoekresultaten op Zenodo niet dezelfde visueel-georiënteerde gebruikerservaring als dezelfde zoekopdracht op SlideShare.

Deze verschillen zijn niet echt verrassend, omdat Zenodo bewust ontwikkeld is als een wetenschappelijke datageoriënteerde dienst, waarbij metadata dezelfde (of zelfs een hogere) prioriteit heeft als het object zelf. Voor gebruikers die gewend zijn aan de visuele benadering van SlideShare, waar de meeste tekstuele metadata eerder verborgen zijn, zijn de verschillen echter wel opvallend. Gelukkig zou het met behulp van de REST API en wat Python-code goed mogelijk zijn om een galerijweergave met miniaturen te genereren voor de KB-publicaties in Zenodo, vergelijkbaar met het Wikimedia Presentaties & Publicaties archief van de KB dat aan het begin van dit artikel werd besproken.

Samenvatting en conclusie

Naarmate mijn publicatiebehoeften in de loop van de jaren steeds uitgebreider werden, groeide de behoefte aan een robuuster, veelzijdiger en meer op de wetenschappelijke wereld georiënteerd publicatieplatform. Hoewel SlideShare in het begin voldeed aan mijn basisbehoeften op het gebied van zichtbaarheid en vindbaarheid, brachten beperkingen (waaronder een beperkt aantal ondersteunde bestandsformaten, gebrek aan mogelijkheden om uitgebreidere metadata toe te voegen, en zorgen over duurzame toegankelijkheid op de langere termijn) mij ertoe op zoek te gaan naar een beter alternatief.

Zenodo kwam naar voren als de beste keuze. Dit vanwege de hosting door CERN, dus binnen de EU, de ondersteuning voor een breed scala aan bestandsformaten en sterke aansluiting op de FAIR-principes van datamanagement. Daarnaast biedt Zenodo niet alleen de mogelijkheid om DOIs aan te maken, grote bestanden op te slaan en publicaties te integreren in andere academische repositories, maar heeft het ook een duurzame karakter en de mogelijkheden om machinematig met content te interacteren. Dit alles verbetert de vindbaarheid en het hergebruik van KB-publicaties binnen de internationale onderzoeksgemeenschap aanzienlijk.

Ondanks enkele nadelen, zoals het ontbreken van een levendige community en de minder visuele gebruikerservaring in vergelijking met SlideShare, wegen de sterke punten van Zenodo – denk aan duurzaamheid, flexibiliteit en wetenschappelijke integratie – ruimschoots op tegen deze nadelen.

Samengevat biedt Zenodo, in combinatie met Wikimedia Commons, een veelzijdige en duurzame oplossing voor het opslaan, beheren en verspreiden van professionele publicaties. Door beide platformen op een synergetische manier te gebruiken, kan de KB ervoor zorgen dat Wikimedia-gerelateerde publicaties toegankelijk, herbruikbaar en relevant blijven voor een breed scala aan doelgroepen, van algemene webgebruikers tot gespecialiseerde academische onderzoekers.

Over de auteur

Olaf Janssen is de Wikimedia-coördinator van de KB, de nationale bibliotheek van Nederland. Hij draagt bij aan WikipediaWikimedia Commons en  Wikidata als Gebruiker:OlafJanssen.

Gerelateerd